Saturday, July 14, 2007

een boek




ja?

rotsentorsers van reuzinnen,
een fauna naakt als rommelende tonnen.
ze nestelen in platgelegen legers,
slapend gapend met hun kraaimond open.
de pupillen die naar binnen vluchten,
dringen in het binnenste der klieren,
waaruit het gist hun bloed in sijpelt.

dochters der barok. deeg rijst in de trog,
de baden dampen en de wijnen blozen,
biggenwolkjes draven langs de hemel,
de bazuinen loeien het lichaamsalarm.

o die pompoenenplompe, overvulde,
o die zonder gewaden dubbeldikke,
door hun onstuimigheid driedubbeldikke
vette gerechten der liefde!

hun magere zusters zijn vroeger opgestaan,
voordat op het schilderij de dageraad aanbrak.
en niemand heeft ze achter elkaar zie lopen
over de lege achterzijde van het doek.

de ballingen van de stijl. de ribben te tellen,
hun vogelnatuur spreekt uit handen en voeten.
spitse schouders waarmee ze weg willen vliegen.

de dertiende eeuw had hun een gouden fond gegeven,
de twintigste een zilveren scherm.
de zeventiende heeft voor platte wezens niets.

immers, hier bolt zelfs de hemel op,
bol zijn de engelen, bol is de god-
een besnorde phoebus die op zijn zwetend
ros de ziedende alkoof in rijdt.










No comments: